Rekestnummer 9089 (R97/154HR)

Datum
Instantie
CASS NL
Merk
CHICKEN TONIGHT
Depotnummer
Deposant
Unilever N.V.
Tekst

6 november 1998
Eerste Kamer
Rekestnr. : 9089 (R97/154HR)

Hoge Raad der Nederlanden

Beschikking

in de zaak van :

UNILEVER N.V.,
gevestigd te Rotterdam,

VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat : jhr mr J.L.R.A. Huydecoper,

tegen

de rechtspersoon naar internationaal recht
HET BENELUX - MERKENBUREAU,
gevestigd te 's-Gravenhage,

VERWEERDER in cassatie,
advocaat : mr S.V. Langeveld.

1. Het geding in feitelijke instantie

Met een op 24 maart 1997 ter griffie van het Gerechtshof te 's-Gravenhage ingekomen verzoekschrift ex art. 6ter Benelux Merkenwet heeft verzoekster tot cassatie - verder te noemen : Unilever - zich gewend tot dat Hof en verzocht de inschrijving van het depot 866.369 - beeld/woordmerk CHICKEN TONIGHT KERRIE - en het depot 868.723 - beeld/woordmerk CHICKEN TONIGHT HAWAÏ - ook voor de geweigerde waren te bevelen.
Verweerder in cassatie - verder te noemen : het Bureau - heeft het verzoek bestreden en het Hof verzocht te bevelen dat de inschrijving van depot 866.369 nader moet worden beperkt tot de waar “smoorsaus voor kip met kerriesmaak”.
Na een mondelinge behandeling ter terechtzitting van 26 augustus 1997 heeft het Hof bij beschikking van 4 september 1997 het verzoek van Unilever, voor zover gehandhaafd, afgewezen en het Bureau niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek.
De beschikking van het Hof is aan deze beschikking gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen de beschikking van het Hof heeft Unilever beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
Het Bureau heeft verzocht het beroep te verwerpen.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten.
De conclusie van de Advocaat-Generaal Bakels strekt ertoe dat de zaak wordt aangehouden totdat het Benelux-Gerechtshof zich in de Campina-zaak heeft uitgelaten over de ontvankelijkheid van het cassatieberoep.

3. Beoordeling van de ontvankelijkheid van het cassatieberoep

Het cassatieberoep richt zich tegen een beschikking van het Gerechtshof te 's-Gravenhage ingevolge art. 6ter BMW. De vraag rijst of moet worden aangenomen dat tegen een zodanige beschikking beroep in cassatie openstaat, indien en voor zover het desbetreffende nationale burgerlijk procesrecht tegen door de burgerlijke rechter op verzoekschrift gegeven beschikkingen beroep in cassatie toelaat. In zijn beschikking van 19 juni 1998 in de zaak tussen Campina Melkunie B.V. en het Benelux Merkenbureau (nr 9090, RvdW 1998, 126) heeft de Hoge Raad onder meer hieromtrent een vraag aan het Benelux-Gerechtshof voorgelegd. Het komt de Hoge Raad geraden voor iedere beslissing in dit geding aan te houden totdat het Benelux-Gerechtshof in die zaak uitspraak zal hebben gedaan.

4. Beslissing

De Hoge Raad :

houdt iedere verdere beslissing aan totdat het Benelux-Gerechtshof in de zaak tussen Campina Melkunie B.V. en het Benelux Merkenbureau uitspraak zal hebben gedaan.

Deze beschikking is gegeven door de vice-president Roelvink als voorzitter en de raadsheren Korthals Altes en Van der Putt-Lauwers, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer Heemskerk op 6 november 1998.