Datum
Instantie
BER NL Merk
MERKENKLAPPER Depotnummer
Deposant
Maatschap Nederlandsch Octrooibureau Tekst
IN NAAM DER KONINGIN
Rekestnummer: 98/166
Nederlandsch Octrooibureau tegen Benelux-Merkenbureau
Uitspraak: 9 september 2004
Rekestnummer: 98/166
Het Gerechtshof te 's-Gravenhage, kamer MC-5,
heeft de volgende beschikking gegeven op het verzoek van:
De Maatschap van Octrooi-, Merken- en Modellengemachtigden
NEDERLANDSCH OCTROOIBUREAU,
gevestigd te ‘-Gravenhage,
verzoekster, (hierna: NOB)
procureur: Mr. H.C. Grootveld,
tegen
Het BENELUX-MERKENBUREAU, gevestigd te 's-Gravenhage,
verweerder,
procureur: Mr. C.J.J.C. van Nispen.
Het verdere verloop van de procedure
Het hof verwijst voor het verloop van de procedure tot dan toe naar zijn beschikking van 24 december 1998, waarbij de verdere behandeling van de zaak (pro forma) werd aangehouden.
Bij brief van 15 april 2004 heeft het hof verzoekster in staat gesteld aan te geven of zij de behandeling van de zaak al of niet wenste voort te zetten.
Verzoekster heeft het hof daarna bij brief van 27 mei 2004 bericht, dat zij de behandeling van de zaak niet wenst voort te zetten.
De verweerder heeft bij brief van 11 juni 2004 het hof verzocht verzoekster te veroordelen in de kosten van het geding.
Het hof heeft verzoekster bij brief van 18 juni 2004 tot 1 juli 2004 in staat gesteld om te reageren op het verzoek van de verweerder.
Een reactie van de zijde van verzoekster is tot op heden uitgebleven.
Beoordeling
1. Nu NOB haar verzoek tot inschrijving van het depot met het teken MERKENKLAPPER heeft ingetrokken, komt het hof niet toe aan een beslissing op dat verzoek.
2. Aan de orde is nog wel het verzoek van het BMB tot veroordeling van NOB in de kosten van de procedure, gedaan bij verweerschrift en herhaald bij brief van 11 juni 2004. Het BMB voert ? onweersproken door NOB ?aan dat hij reeds kosten heeft moeten maken in verband met de aan deze zaak bestede tijd, onder meer bestaande in bestudering van dossier en verzoekschrift en het indienen van een verweerschrift.
3. Het hof komt tot de slotsom dat het verzoek van het Benelux?merkenbureau, als gegrond, dient te worden toegewezen. Het hof zal NOB daarom op na te melden wijze in de kosten van de procedure veroordelen.
Beslissinq
Het hof:
veroordeelt NOB in de kosten van de procedure, tot op heden begroot op € 1741,66, waarvan € 199,66 (fl. 440) aan vastrecht en € 1542,-- aan salaris procureur.
Deze beschikking is gegeven door Mrs Fasseur-van Santen, Kiers-Becking en Kamminga, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 9 september 2004, in tegenwoordigheid van de griffier.
* * * * *